Les 1: Het lesfasenmodel

Een nieuwe periode ging van start, en zo ook de bijbehorende nieuwe vakken. Van de vakateliers drama en muziek stonden de stressvlekken al in mijn nek. Hardop zingen is namelijk best eng als je een zangstem hebt die klinkt als katten gejank. Overdrijven kan ik als de beste, maar om nou een scène te maken en op te voeren voor een hele klas is toch wel andere koek... Beeldende vorming was dus eigenlijk het enige niet vak wat me niet bang maakte. Sterker nog, op de basisschool was het mijn favoriete vak. Er was tenslotte niks beters dan op vrijdagmiddag tekenen. Maar tijdens het eerste college van beeldende vorming merkte ik al snel dat het beeld wat ik had, van geen enkele kant klopte. 



Praktijk

Na de introductie van onze leraar Beeldende Vorming, Guido Paap, werden we gelijk aan het werk gezet. We kregen de opdracht op een groepje van vier te maken en gezamenlijk een zo groot mogelijke toren te maken met enkel een schaar, een rol plakband en een stapel a-4 vellen. Om de opdracht betekenisvol te maken voor kinderen liet Guido ons een fragment uit de film Ratatouille zien en legde ons vervolgens uit dat we een uithangbord voor het restaurant moesten maken die boven de torens van Parijs uitstak, zoals iedereen in de stad het kon zien. Ik en mijn groepje kwamen al snel op het idee om een een punt-vormige toren te bouwen. Dat leek ons stabieler aangezien het zwaartepunt bovenin dan in het midden lag en gedragen kon worden door de onderste vlakken. Helaas bleek aan het einde van de opdracht dat onze toren bij lange na niet de grootste, zo te zien is op de achtergrond van de foto hiernaast...




Theorie

Het theoretisch kader van dit college ging over het hanteren van het lesfasenmodel. Hieronder wordt dit model weergegeven en nader verklaard. 
Voorbereiding
Context
Belevingswereld
Basisplan
Opdracht en randvoorwaarden
Receptie
/Oriëntatie
Introduceren
Beeldcultuur
Beeldaspecten
Ontwikkelingsfasen
Informeren
Beeldbeschouwen
Instrueren
Beeldend Probleem

Productie
/Uitvoering
Observeren
Beeldend Vermogen
Begeleiden
Werkprocessen
Afronden
Tijdsmanagement
Reflectie
/Nabeschouwing
Nabespreken
Reflecteren
Beoordelen
Beoordelingscriteria
Presenteren
Presentatievorm
Evaluatie
Evalueren
Opdracht en randvoorwaarden

In dit schema staan de receptie-, productie- en reflectiefase centraal. De reden hiervoor is dat deze drie samen de kern van de les vormen. In de receptieve fase  introduceert de docent namelijk de opdracht. Deze uitleg en natuurlijk ook de opdracht zelf, moeten aansluiten bij zowel de belevings- als de leefwereld van het kind. Bij de productieve fase ligt de rol van de leraar iets anders. Hier neemt hij/zij wat meer afstand en laat de kinderen zelf tot een eindproduct komen. Uiteraard kan de leerkracht wel helpen in het proces en observeert hij/zij de kinderen ook wat betreft hun werkwijze. Dit is dat ook van groot belang voor de laatste fase, de reflectie. Hierbij neemt de leerkracht zijn observaties mee in het beoordelen van het eindproduct. Niet alleen de beoordeling is belangrijk in de reflectie fase maar ook het presenteren en het nabespreken. Dit bevordert namelijk de autonomie binnen de klas. De kinderen kunnen (trots) laten zien wat zij die les bereikt hebben.